1. Pluk met de steel nog aan de peer. Zonder steel rotten ze snel en bewaren ze niet.
  2. Als je de peren lang wil bewaren pluk ze dan net voor ze echt rijp zijn. En leg ze snel op een koele plaats.
  3. De beste bewaarplek is een donkere niet te droge kelder. Belangrijk: een goede verluchting.
  4. Bewaar de peer het best in één laag. Bijvoorbeeld in lage bakken die je dan kan stapelen met voldoende ruimte tussen de bakken voor de verluchting.
  5. Haal regelmatig rotte vruchten uit de bewaarplaats ze tasten anders snel de andere vruchten aan.
  6. Te vroeg plukken is ook niet goed, ze blijven dan meestal zonder smaak.
  7. Als de steel van de peer makkelijk van de tak lost is ze plukrijp.
  8. Als de pitten lichtbruin zijn is de peer plukrijp. Zijn de pitten bruinzwart dan zijn ze eetrijp.
  9. Een conference kan het best geplukt worden in de tweede helft van september.
  10. Een Doyenné de Comice het best van eind september tot midden oktober.
  11. Een Durondeau van midden september tot begin oktober.
  12. Al kan met heel warme zomers alles een beetje vroeger plukrijp zijn. Zelf proeven is de beste test!